Groenpootruiter (Tringa nebularia) snipachtigen (Scolopacidae).

Lengte 32 cm, groenachtige poten, donkere heel licht omhoog gebogen snavel, grijs van boven met lichte kop en hals.
In vlucht witte wigvormige stuit en donkere vleugels.
Roep klinkt als tjuu, tjuu, tjuu, tijdens balts langdurig kluwuu. Voedsel: vooral insecten, kleine kreeftjes, wormen en kleine visjes die hij vangt in ondiep water. Vaak rennen ze ook achter kleine, snelle visjes en garnalen aan.
De groenpootruiter broedt in Noord-Europa in een kuiltje in gras of op heide, legsel 4 eieren, 1x per jaar tussen mei en juni.
In Nederland en Vlaanderen worden op de najaarstrek (juli tot en met oktober) veel 'groenpoten' gezien, vooral in de zomermaanden juli en augustus.
Op de voorjaarstrek in april en mei zijn de aantallen lager.