Wortelende aardappelbovist (Scleroderma verrucosum).

Ectomycorrhizavormend.
Vruchtlichaam onregelmatig bol- tot knolvormig, Ø 3-7 cm, langgesteeld.
Buitenzijde eerst glad, later bedekt met kleine, bruinige schubben, gelig tot bruin.
Steel 2-4 cm lang, wortelend met gelige myceliumstrengen, gegroefd, kaal, wittig-crème tot gelig. Vlees olijfbruin.
Giftig.
Bij loofbomen op voedsel- en humusrijke bodems in bossen, parken, lanen, heiden en struwelen.
Status algemeen voorkomend.