Doolhofzwam (Daedalea quercina) schimmel uit de steeltjeszwammen (Basidiomycota) die voornamelijk op eiken groeit.

Het halfrond, consolevormig vruchtlichaam hecht zich aan zijkant van boom. Kan 10-30 cm bij 10-20 cm meten en 3-7 cm dik. De grijs- tot lichtbruine bovenzijde heeft golvend en knobbelig viltig oppervlak met lichte concentrische ringen en heeft een duidelijke, scherpe rand.
De onderzijde is bedekt met lichtbruine buisjes die in onregelmatige, doolhofvormige lamellen groeien 1-3 mm breed en 1-2 mm diep, met 1-2 mm tussenruimte. Het taaie, kurkachtige vlees is licht- tot koffiebruin en heeft een aangename geur. Het sporenafdruk is wit.
De zwam komt voor in Europa, Azië, Australië en Noord-Afrika en is in Nederland en België een algemene soort.
De doolhofzwam is een saprofyt die op dode stronken en stammen van eiken groeit en er bruinrot veroorzaakt, ook aangetroffen op verwerkt eikenhout, zoals balken, of levend hout van eik, zwarte walnoot en enkele andere loofbomen. De grotere doolhofzwammen zijn meerjarig, waarbij elk jaar een nieuwe buisjeslaag wordt gevormd.