Trochosa spec. spin uit de familie: Wolfsspin (Lycosidae) C. L. Koch 1847

Man +/- 7-15 mm, vrouw 9-18 mm, compact lichaam en sterke poten.
Kleuring roodbruin tot donkerbruin met 2 donkere, platte uitstulpingen in de lichte lengteband bovenop het voorlichaam.
Deze spinnen zijn de favoriete prooi voor de voorjaarswesp (Anoplius viaticus ).
Zoals alle wolfspinnen, bouwen deze ook geen vangnetten.
Ze dwalen zowel 's nachts als soms overdag over de grond, op zoek naar een prooi. Overdag verstoppen ze zich meestal in kleine, vaak zelf gegraven grotten in de grond.
De vrouwtjes dragen altijd hun eierkegels bij zich en de uitgekomen welpen blijven een tijdje bij hun moeder op hun rug.